Border Collies zijn actieve, intelligente honden die sterk hechten aan hun baas en daarbij maling hebben aan de rest . Ze vragen een consequente, doordachte aanpak om hun goede eigenschappen optimaal te ontwikkelen.
De Border Collie is werklustig. De persoon die valt voor dit ras houdt van een actief leven, samen met zijn of haar hond. Border Collies presteren zeer goed in allerlei takken van hondensport, vooral schapendrijven is een favoriete bezigheid.
De Laekense Herder is met de Groenendaeler, de Mechelaar en de Tervuerense Herder één van de vier variëteiten van de Belgische Herder. Identiek gebouwd, maakt de vacht het verschil. De dubbele vacht beschermt de Laekense Herder tegen regen en kou, tweemaal per jaar wordt de stevige bovenvacht geplukt, de zachte ondervacht geeft de hond tijdelijk een heel ander uiterlijk.
Rustig en vriendelijk van aard, gehoorzaam, alert, weinig eisend maar als een echte herdershond waaks, sterk hechtend aan zijn of haar baas is de Laekense Herder ideaal voor een hondenliefhebber, die graag sport of werkt met de hond.
De eerste nachten
Voor het eerst alleen in een vreemd huis. Plaats de nieuwe bench voor een paar nachten op uw slaapkamer. Een doek met de vertrouwde nestgeur voorkomt dat de pup angstig en alleen de nacht door moet en hartverscheurend piept.
Heeft u al een hond of honden, plaats de bench dan in hun buurt. De aanwezigheid van soortgenoten zal de pup geruststellen.
Slaap en verblijfplaats
Zet de bench op een rustige plek. Jonge honden moeten nog veel rusten en dat lukt het beste op een rustige plek in huis. Zorg dat uw huisgenoten de rust van de jonge hond respecteren.
Eten en drinken
Tot 3 maanden eten pups 4 keer per dag.
Vanaf 3 tot 6 maanden krijgen ze 3 keer per dag een maaltijd.
Van 6 tot 10 maanden eten ze 2 keer per dag.
Vanaf 10 maanden kunt u kiezen, 2 of 1 keer per dag een maaltijd.
Werkende Border Collies krijgen vaak eenmaal per dag eten (meestal ‘s avonds).
De hoeveelheid voer verschilt per merk en staat vermeld op de zak of het pak.
Dit is een richtlijn, sommige honden hebben een snelle stofwisseling en hebben meer nodig dan voorgeschreven staat op de verpakking.
Een hond mag niet te dik maar ook niet te mager zijn. Vuistregel: bij een volwassen hond mag u de ribben wel voelen maar ze niet zien.
Plassen, poepen en spelen
Vraag: hoe krijg je de pup zindelijk? Antwoord: met regelmaat en veel geduld.Een schema om u op weg te helpen: een periode van drie uur werkt erg goed.
De pup wordt wakker en gaat naar buiten. Zeg blij: ‘plas’ als hij/zij plast. Poepen duurt vaak iets langer, geef de pup de tijd.
Daarna spelen, buiten of binnen. Let wel op het gedrag: snuffelend de rust opzoeken, kan duiden op een ongeplande plas of poepsessie. Na een uur nogmaals een plas laten doen en dan met voer en vers water in de bench.
Twee uur slaap om het eten te verteren en de indrukken te verwerken, waarna de pret weer kan beginnen.
Training en opleiding
Kies een training- of opleidingsmethode die past bij u en uw hond. Als een cursus niet voldoet aan de verwachtingen, wees dan niet bang om te veranderen. Ga er van uit dat u uw hond het beste kent en weet wat u met hem of haar wilt.
Territorium drift
Een Laekense Herder neemt zijn of haar taak erg serieus. Het eigen gebied wordt zo nodig met hand en tand verdedigd. Indien u dat niet wenst zult u de hond geduldig moeten leren dat u bepaalt wie er welkom is en wie niet.
Kinderen en honden
Kinderen onder de 12 jaar mogen eigenlijk nooit alleen de hond uitlaten of van eten en drinken voorzien. Voor de hond behoort een kind al snel tot zijn roedel en als het niet doet wat wordt gevraagd, kan de hond corrigerend optreden.
Loopsheid
De eerste loopsheid zal op de leeftijd van 9-15 maanden beginnen.
Voorafgaand aan de loopsheid wordt de hond eerst erg interessant voor de heren, die ruiken regelmatig onder de staart van de dame.
Daarna start de bloeding. Grof gesteld is de hond tussen de 9e en de 13e dag van de loopsheid vruchtbaar maar ook hier bevestigen uitzonderingen de regel. Wilt u geen pups? Laat uw hond dan veiligheidshalve 3 weken niet in contact komen met reuen.
Teefjes worden doorgaans iedere 6 maanden loops maar er kan ook een periode van 5-9 maanden tussen zitten.
Heup- en elleboog dysplasie
Naast heupdysplasie worden de Laekense Herders ook getest op elleboogdysplasie. Dekreu Jannes en zijn zussen Lieveke en Berber (Iris, 2005) zijn getest en vrij van deze aandoeningen.